DE METGEZEL DIE EEN DUIVEL SLOEG

Aboe Bakr ibn ‘Abied zei: Ishaaq ibn Ismaa’iel heeft ons verteld dat Wahab ibn Djarier ons heeft verteld dat mijn vader ons heeft verteld van al-Hasan van ‘Ammaar, dat hij zei:

“Ik heb met de boodschapper van Allaah – Allaah’s prijzingen en bescherming zij met hem – de djinn en de mens bestreden.”

Men zei: “En hoe heb je de djinn en de mens bestreden?”

Hij zei: “Wij waren met de boodschapper van Allaah – Allaah’s prijzingen en bescherming zij met hem – samen op reis waarop wij afdaalden bij een huis en ik mijn waterzak en emmer pakte om water te halen.”

De boodschapper van Allaah – Allaah’s prijzingen en bescherming zij met hem – zei:

((Er zal iemand naar je toekomen en jou tegenhouden om water te halen.))

En toen hij aankwam bij de put stond er plotseling een zwarte man welk eruit zag alsof hij een ervaren krijgsman was, en zei:

“Bij Allaah, jij zal vandaag geen enkele emmer (met water) uit deze put halen.”

Daarna greep hij mij en greep ik hem. Ik sloeg hem, pakte een steen en brak daarmee zijn gezicht en zijn neus. Vervolgens vulde ik mijn waterzak.

Daarna kwam de boodschapper van Allaah – Allaah’s prijzingen en bescherming zij met hem – en zei:

“Is er iemand bij het water naar jou toegekomen?”

Ik zei: “Ja.” En vertelde hem het verhaal.

Hij – Allaah’s prijzingen en bescherming zij met hem – zei:

((Weet je wie dat was?)).

Ik zei: “Nee.”

Hij – Allaah’s prijzingen en bescherming zij met hem – zei:

((Dat was een duivel.)).

BRON: “Aakaam al-Mardjaan fie Ahkaam al-Djaan” (blz. 115).

En Allaah weet het beste.